Persoonlijke verhalen
Hoe het allemaal begon
“Tijdens mijn studie wis- en natuurkunde met een interesse in medische fysica kwam ik al snel in aanraking met de eerste computers. Die hadden toen nog het formaat van meerdere koelkasten en een rekenkracht die vergelijkbaar is met een Nokia 3310. Deze computers moesten zelf geprogrammeerd worden, zodat we er signalen uit de hersenen vanuit een EEG mee konden verwerken voor analyse. Na het behalen van de bul ging ik in militaire dienst en in die tijd werden banenmarkten voor dienstplichtigen georganiseerd. Via zo’n banenmarkt kwam ik terecht bij het Nationaal Lucht- en Ruimtevaartlaboratorium (NLR), met de verwachting om onderzoek te gaan doen. Echter was er een probleempje waarvoor veel geprogrammeerd moest worden en er waren toen nog geen echte opleidingen voor programmeren. Maar in mijn studie had ik al wel veel software ontwikkeld voor laboratoriumgebruik. Zo rolde ik de wereld van simulatoren voor satellieten in. De ene na de andere simulator voor satellieten werd gemaakt. Om niet telkens een hele simulatie opnieuw te schrijven verzon ik een systeem dat later Eurosim werd genoemd: een pakket waarmee je op basis een ‘modellen bibliotheek’ real time simulatoren kan samenstellen, simulaties kan voorbereiden en uitvoeren, en de resultaten van de simulatie kan verwerken. Dit programma is nog steeds in gebruik bij ESA, al is het in de loop van de jaren steeds verder geëvolueerd
Een interessante casus was het simuleren van de Europese Robotarm die aan het ISS hangt. Tijdens de ontwikkelfase bleek dat het gebruik van de robotarm in de simulaties afweek van wat er verwacht werd. Een hogere snelheid (om bij een object te komen) zorgt ervoor dat je omloopbaan toeneemt, waardoor je steeds ‘hoger’ vliegt en je het object niet zult bereiken. Dit was geen fout in de simulatie, maar de natuurwetten in de ruimte werken nu eenmaal anders dan we hier op aarde intuïtief zouden verwachten.
Vervolgens heb ik de overstap gemaakt naar Fokker Space & Systems. Hier ben ik verder gegaan met simulaties en de ontwikkeling van trainingssimulatoren. Ook ben ik hier goed geworden in het schrijven van ‘tenders’: het opstellen van complexe offertes van trainingssystemen en de ontwikkeling daarvan in samenwerking met meerdere partijen. Hoewel ik dat werk heel leuk vond, was ik toch toe aan een volgende stap in mijn ontwikkeling.”
En wanneer kwam Qolor in beeld?
“Via een headhunter kwam ik in contact met Qolor en had ik met één van de directeuren van het eerste uur, Tom de Neef, een goed gesprek over mijn ontwikkeling tot dan toe: niet alleen over successen, maar ook over hoe dingen wel eens grondig in de soep kunnen lopen. Dat was een verademing: een realistische kijk op de werkelijkheid, zonder oordeel. Niet overdreven positief over wat goed was gegaan, maar ook niet negatief over dingen die niet waren gelukt.
In 1998 liet ik de wereld van simulatoren achter me en begon op 1 januari 1999 als project- en programmamanager bij Qolor, om aan de slag te gaan in de Telecomsector waar de mobiele telefonie in opkomst was. Maar bij een afdeling van RailInfraBeheer (nu ProRail) waar het Post21 systeem werd beheerd was een acuut probleem ontstaan. Het Post21 systeem vormt de basis voor de treinenloop in Nederland. Met het opknippen van NS waren ‘de slimme ontwikkelaars’ naar Holland Rail Consultant overgeplaatst, de achterblijvers voelden zich onbelangrijk en overbodig. Als interim-manager van de afdeling heb ik ze geleerd over de methoden en technieken voor de aansturing van grote softwaresystemen. Zo kregen ze door het specificeren en controleren van de ontwikkelingen voor Post21 weer de regie. Ze kregen weer zin in hun werk en konden hun verantwoordelijkheid invullen als opdrachtgever. Zo kwam ik in de wereld van treinen en sporen terecht.”
Hoe ben je in safety management terecht gekomen?
“In die tijd begonnen ook ontwikkelingen om het Nederlandse spoor te moderniseren en aan te sluiten op de Europese ontwikkelingen. Hiervoor waren nieuwe treinbeveiliging- en besturingssystemen (ERTMS, ETCS) nodig, en nieuwe energietechnieken (25 kilovolt bovenleiding). Dit werd voorbereid in het programma BB21.
Ik werd gevraagd of ik eens kon kijken naar de veiligheid van dergelijke systemen en hoe dat te organiseren. Vanuit mijn tijd met simulatoren (bij een verkeerde sturing zou iemand zwaar door elkaar geschud kunnen worden, in het ergste geval zal zelfs een hoofd eraf kunnen gaan) had ik wel ervaring met het begrip veiligheid. Daarnaast was er de ontwikkeling van de Europese CENELEC standaarden, waardoor Veiligheidsmanagement vaster omlijnd werd.”
De Safety manager Hugo was geboren. Niet alleen paste Hugo het toe in verschillende projecten, ook heeft hij verschillende cursussen gegeven bij ProRail in Veiligheidsmanagement.
Als consultant was Hugo vaak bezig met meerdere opdrachten naast elkaar, naast ProRail was hij onder andere ook bezig bij Vialis. Structuur brengen bij de afdeling die verkeersmanagementsystemen ontwikkelde door te werken met moderne ontwikkelmethoden. Fun fact: bij een bezuinigingsronde zou zijn contract niet worden verlengd, maar de werkvloer gaf zelf bij de directie aan dat ze Hugo erg graag wilde behouden. Zodoende werd het contract toch verlengd.
Met plezier kijkt Hugo terug op het maken van het veiligheidsbewijs voor de Betuweroute. “Dit was de eerste keer dat er een formeel veiligheidsbewijs voor een dergelijk systeem op die manier in elkaar werd gezet en het heeft de standaard gezet voor het opstellen van indienststellingsvergunningen in relatie met ILT.”
Waarom werken als consultant?
“De rol van consultant is vooral leuk omdat je kunt helpen om een door de klant daadwerkelijk ervaren probleem op te lossen. Je bent er zolang het nodig is, en als er geen probleem meer is, dan is het tijd om ergens anders aan de slag te gaan. Het is enorm leuk om in een organisatie aanwezig te zijn en te praten en brainstormen met mensen van alle niveaus. Dit is lastiger geworden nu er meer remote wordt gewerkt, het fijnste is het toch om mensen face-to-face te spreken en alle non-verbale communicatie mee te krijgen.”
En wat maakt dat je graag bij Qolor bent blijven werken, nu al ruim 25 jaar?
“De sfeer binnen Qolor, de manier waarop mensen met elkaar omgaan. Mensen moeten zich met een behoorlijke vrijheid kunnen ontwikkelen, niet alleen in de functie die ze hebben, maar ook als persoon. Dus niet alleen ontwikkelen in kennis, maar ook in gedrag. Dit kan heel confronterend zijn en heeft bij sommigen ook geleid tot een bepaalde vrees voor de ‘beruchte’ Qolor Ontwikkel Weekenden, waar trainingen van jezelf als persoon centraal staan.
Een goede consultant kun je alleen zijn als je rugdekking vanuit een veilige omgeving hebt. Je moet de ruimte hebben om te falen, om op je bek te gaan. Je bent onvolmaakt, maar je kunt wel leren van die situaties. Ook de organisaties en mensen waar we mee werken zijn onvolmaakt en daar moet je mededogen voor hebben, net zoals voor jezelf. Dan kun je een veilige gesprekspartner zijn.”
Wat ga je missen nu je met pensioen gaat? Heb je plannen?
“Het dagelijks praten met mensen en hen helpen met de problemen die ze ervaren is wat ik het meest ga missen. Momenteel ben ik druk bezig met vrienden om een proefopstelling (telescoop, camera’s, computers) te maken om de astroïde “Apophis” te kunnen waarnemen. Die zal in 2029 vlak langs de aarde scheren en zal (omdat hij een aardappelvorm heeft) verstoord worden bij het passeren van de aarde. Hij zal gaan kantelen en zwabberen door de zwaartekracht van de aarde. Dit is niet vaak te zien en we hopen dat te kunnen waarnemen.”
Welke tip zou je aan je collega’s willen geven?
“Iedereen heeft recht op zijn eigen bloedneus. Eigenlijk zijn er wel 100.000 tips, maar de belangrijkste is dat je het zelf gaat uitzoeken, dat je zelf gaat experimenteren en dat je zelf fouten gaat maken. Beter een fout te maken en er iets van leren en dat mee te nemen, dan om geen fouten te maken. Want als je geen fouten maakt, dan leer je waarschijnlijk ook niets.
Qolor bied je daar een veilige omgeving voor, waarin je dat ook veilig kan evalueren.
Interesse in meer verhalen?
Ben jij nieuwsgierig naar wat onze specialisten nog meer te vertellen hebben? Laat het ons weten!